De formerende partijen PVV, VVD, NSC en BBB hebben hun hoofdlijnenakkoord gepresenteerd onder de titel “Hoop, lef en trots”. Het is aan het nieuwe (program)kabinet om dit verder uit te werken tot een regeerprogramma. Niets staat nog definitief vast. De aangekondigde plannen zullen eerst moeten worden omgezet in wetsvoorstellen en vervolgens worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer.

In het hoofdlijnenakkoord wordt op het fiscale vlak nadrukkelijk aandacht besteed aan het vestigingsklimaat. Het lijkt erop dat de formerende partijen hebben geluisterd naar de signalen uit het bedrijfsleven over diverse fiscale knelpunten.

Uit dit hoofdlijnenakkoord staan een aantal belangrijke fiscale maatregelen:

  1. Verlagen maximum box 2-tarief van 33% (2024) naar 31% (2025).
  2. Verlagen box 3-tarief. Naar welk percentage is nog niet bekend, wel dat de formerende partijen hier structureel € 100 miljoen per jaar voor beschikbaar willen stellen.
  3. De hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait blijven onveranderd.
  4. Meer loon naar werken door een lastenverlichting op arbeid en verlaging van de marginale druk voor burgers. Een gedachte hiervoor is de introductie van een extra schijf in de inkomstenbelasting.
  5. MKB–winstvrijstelling gaat van 13,31% (2024) naar 12,7% (2025). In de Voorjaarsnota werd nog gedacht aan 12,03%.
  6. Terugdraaien van de afschaffing van de inkoopfaciliteit in de dividendbelasting met betrekking tot de inkoop van eigen aandelen.
  7. Renteaftrekbeperking op grond van de earningstrippingsregeling gaat van 20% naar 25% (de 25% is volgens het hoofdlijnenakkoord het Europees gemiddelde).
  8. Beperken van de giftenaftrek in de inkomsten– en vennootschapsbelasting. Een eerste stap wordt gezet in 2025. Per 2028 wordt de giftenaftrek in de inkomstenbelasting geüniformeerd waarmee verschillende giften gelijk worden behandeld.
  9. Elk jaar wordt € 250 miljoen ingecalculeerd voor het afbouwen van negatieve fiscale regelingen en het aanpakken van onbedoelde constructies.
  10. Terugdraaien verhoging van het wettelijk minimumloon.
  11. Verhoging kansspelbelasting van 30,5% naar 37,8%.

Ook op andere terreinen, zoals klimaat worden diverse maatregelen voorgesteld.